Twee Britse wetenschappers maken deel uit van een nieuwe rijkscommissie die de toekomst onderzoekt van de zeehondenopvang in Nederland.
De groep brengt advies uit over het nut van de opvang. Nederland telt vijf locaties waar zieke zeehonden worden opgevangen, waaronder op West-Terschelling en Texel en in Pieterburen. Onderling is er strijd over de vraag wanneer en welke zeehonden hulp moeten krijgen.
In Nederland zwemmen zo’n tienduizend zeehonden rond. Het merendeel, 90 procent, verblijft in de Waddenzee. Volgens sommige biologen zit de populatie aan het natuurlijke plafond en moeten de zeehondenredders zich terughoudend opstellen. Ook internationaal zijn er verschillen; in een land als Denemarken worden zieke beesten standaard afgemaakt.
Voorzitter van de wetenschappelijke onderzoekscommissie is bioloog en professor André van der Zande (64), directeur-generaal van het RIVM. Van der Zande wordt bijgestaan door vijf leden, onder wie de twee leden uit het Verenigd Koninkrijk.
De commissie gaat in september aan de slag en komt binnen een halfjaar met een advies. De wetenschappers kijken naar ecologie, dierziekten en dierenwelzijn.
John wat is dit een mooie plek voor een vakantiehuis in Friesland. Gelijk aan de dijk met de schapen als bewegende decorbewakers. Het wad aan je voeten en wadlopen met de modder van het wad tussen je tenen.
Fietsend, met de door jou beschikbaar gesteld fietsen, door een groen rijk boerenlandschap. Kleine vissershuisjes in de dorpjes en grote herenboerderijen wisselen elkaar af. Je vraagt je af wat zou je liever gewest zijn, boer of visser? Met de fiets naar het Lauwersmeer om bij bijvoorbeeld bij Esumakeech uitkijkend op het water Suderie te genieten van diverse watervogels en Konikpaarden in Nationaal Park Lauwersmeer.
De dag ervoor naar Zoutkamp om te genieten van heerlijke vis en de drukte van de vlaggetjesdagen. Kermis, vissersschepen en bier zorgde voor een gezellige en gemoedelijke drukte.
Een wandeling op het wad met John stond ook in het programma. Een fijne wandeling over de zandplaten direct over de dijk achter het vakantiehuisje de Paezemerlannen. Lopend naar de vaargeul van Lauwersoog, schepen droog zien liggen op Engelsmanplaat, het gevoel krijgen haast naar Schiermonnikoog te kunnen lopen, af en toe een kleine geul doorwaden. Een mini avontuur in de achtertuin van je eigen vakantiehuis!
In de avond moesten we natuurlijk nog even naar de zonsondergang kijken om te genieten van het zakken van de zon in de zee. Meer mensen doen dit en we zagen ook enkele mensen met grote camera’s op een statief. Onze foto is slechts met een telefoon gemaakt en niet zo goed als die van John zelf, maar toch maar meegestuurd, zie hieronder.
We gaan zeker terugkomen naar de Paezermerlannen, al was het maar vanwege de gastvrijheid die we in dit oude vissershuisje voelen aan alles hoe het hier gaat. “Wees goed voor je gasten en dan zijn de gasten goed voor jou”, zou zo een credo kunnen zijn voor dit vakantiehuis in Friesland mooiste plekje.
We hebben eind maart / begin april 2017 twee fantastische weken gehad in het voorste huisje. Een compleet, gerieflijk en gezellig huisje geschikt voor 4 personen. We hebben heerlijk van het mooie weer, de schapen en de vele vogels kunnen genieten tijdens onze wandelingen en de fietstochten. Heel fijn dat er twee fietsen beschikbaar zijn! Moddergat en omgeving heeft niet alleen een rijke historie maar ook een prachtige natuur. Als amateur fotograaf blijf je foto’s maken van de schitterende wolkenluchten, van de warme kleuren tijdens de zonsopgang en zonsondergang, van de mist ‘s morgens en niet te vergeten van de vele soorten vogels.
Heel praktisch is het om de eieren, de aardappelen en de groente direct aan huis of bij de boer te kunnen kopen. We hebben trouwens ook genoten van de verse vis op Lauwersoog.
John, nogmaals bedankt voor de wadlooptocht. Een mooie en rijke eerste ervaring voor ons. Zeker ook vanwege de interessante informatie die je tijdens het lopen hebt gegeven.
Alhoewel niet naast de deur voor ons, proberen we zeker nog eens terug te komen.
Na ruim vier jaar is er eindelijk duidelijkheid: de ondiepe vaargeul naar Lauwersoog wordt in het voorjaar van 2018 uitgebaggerd. Minister Schultz (VVD) neemt de vergunningen én het monitoren van de zeebodem van het dichtslibbende Westgat voor haar rekening.
Dat zei Schultz (infrastructuur) vrijdag in een algemeen overleg. Rijkswaterstaat gaat de zeebodem in de gaten houden om te zien welke gevolgen de baggerwerkzaamheden hebben. Lauwersoog betaalt de baggerkosten uit eigen zak. Omdat het Rijk niet voor het baggeren wilde betalen besloten ondernemers uit Lauwersoog de 315.000 euro voor eigen rekening te nemen.
‘Tien stappen heen, elf terug’
,,We zijn ongelooflijk blij dat dit het resultaat is’’, zegt Henk Staghouwer van Gedeputeerde Staten. ,,Het is het resultaat van heel hard werken. Soms tien stappen vooruit en elf stappen terug.’’ Staghouwer: ,,Dat er gebaggerd wordt betekent veel voor de haven van Lauwersoog. De Urker Vissers komen terug, er komt meer werkgelegenheid, meer energie.’’
De gedeputeerde verwacht dat het Westgat in het voorjaar van 2018 op diepte wordt gebracht. De vergunningen worden nu in orde gemaakt. Staghouwer weet dat baggeren voor de zomer niet gaat lukken. Ook in het najaar wordt niet gebaggerd. ,,Dan is er door stormen veel zandverplaatsing. Er moet worden voorkomen dat het Westgat door een flinke storm binnen de kortste keren weer vol ligt met zand. We willen dat het effect zo groot mogelijk is.’’
Visserijvertegenwoordiger Betto Bolt is ondanks het goede nieuws, toch teleurgesteld. Een jaar op vergunningen wachten is in zijn optiek veel te lang. ,,Er moet nú gebaggerd worden. Dit voorjaar al. We zijn hier al ruim vier jaar mee bezig, dat gat moet op diepte.
Poort naar Lauwersoog
Het Westgat – de vaargeul tussen Ameland en Schiermonnikoog – slibt dicht. De poort naar Lauwersoog is te ondiep, waardoor de haven onbereikbaar is voor een groot deel van de vissersvloot. Gevolg: een economische teloorgang in Lauwersoog.
Uit onderzoek van Werkgroep Westgat Lauwersoog blijkt dat het vissersdorp – als het Westgat niet zou worden uitgebaggerd – een bedrag van 30 miljoen euro misloopt. Daarnaast heeft een ondiep Westgat niet alleen economische gevolgen. Meerdere schepen liepen afgelopen jaren vast in het Westgat. ,,Het is het inmiddels onverantwoord om door het zeegat te varen.’’ zei visserijvertegenwoordiger Betto Bolt eerder in deze krant.
‘Geen nationale prioriteit’
Melanie Schultz van Haegen weigerde eerder de portemonnee te trekken voor een pilot die moet uitwijzen of baggeren helpt. De geraamde kosten van de baggerklus – 1,75 miljoen – waren voor de minister te hoog. De Staat kwam op een veel hoger bedrag uit voor de baggerklus dan de ondernemers. Het was namelijk onduidelijk hoe lang het gat na het baggeren op diepte zou blijven. De kans was te groot dat hele bedrag door het putje werd gespoeld, als het gat na een korte tijd alweer vol zou lopen.
Schultz zei tijdens het algemeen overleg van vrijdag: ,,Verdieping van de vaargeul in dit dynamische systeem is ingewikkeld, omdat die steeds weer dichtslibt. Het heeft geen nationale prioriteit.’’
Zanddrempel
Er ligt nu een zanddrempel van 4,70 meter beneden Normaal Amsterdams Peil. De streefdiepte van de vaarweg is
5 meter. Om tot die diepte te komen moet er tot 6 meter diepte gegraven worden. Schepen moeten nu soms wachten tot hoogwater voordat ze de haven van Lauwersoog kunnen bereiken. Andersom kunnen sommige de haven niet uit vanwege de ondiepte. Om de geul op diepte te brengen moet er 250.000 kubieke meter zand worden gebaggerd.
Het is de bedoeling dat de partijen achter de Exploitatiemaatschappij Haven Lauwersoog (EHL), de gemeenten De Marne en Dongeradeel en de Visafslag Lauwersoog, met elkaar 315.000 euro ophoesten voor de baggerklus. De Marne wil hiervoor garant staan.
Als je een huiler, een jonge zeehond die zijn ouder kwijt is, in de ogen kijkt, smelt je. Gezien de grootte van de populaties hoeven we ze echter niet meer op te vangen.
Tijdens de kerstdagen stond er veel wind op de wadden en de waterstand in de Waddenzee was bij vloed drie meter hoger dan normaal. Zandbanken waarop de huilers lagen, kwamen onder water en een aantal jongen raakte de moeder kwijt. Gekscherend werd er op Terschelling gezegd: ’toch een witte kerst’. Maar dan wel eentje waar je als natuurliefhebber niet vrolijk van wordt.
De net gestarte zeehondenopvang op Terschelling zat meteen vol en vijftien huilers van Terschelling moesten naar Pieterburen. Huilers zijn jonge zeehonden die hun moeder zijn kwijtgeraakt. Vaak lijkt dat erger dan het is.
Grijze zeehonden, Halichoerus grypus, worden in de winter geboren. De pups hebben bij de geboorte een lange witte vacht die goed isoleert, maar zwemmen bemoeilijkt. Daarom liggen ze liever lekker lui op het droge. Daar worden ze door moeder slechts een drietal weken gezoogd. Het zog van zeehonden is buitengewoon vet, daardoor kan moeder het jong al heel vroeg aan zijn lot overlaten. De pups teren een aantal dagen op hun reserves. Daarna moeten ze aan de bak: zwemmen en zelf vissen. De meeste ‘witjes’ zijn hun moeder nu kwijt en dat hoort dus zo. Ze lijken, als ze aan het strand liggen, in nood, maar ze zijn al afgespeend en zullen bij opkomend water gewoon de zee in gaan om te vissen. Toeristen weten dit vaak niet en verstoren dan de op het land liggende jongen.
Het bulkt van het leven op de Waddenzee. Het aantal jonge mosselbanken is spectaculair toegenomen. ,,Er is volop vreterij voor de vogels, dat is in een natuurgebied als de Waddenzee natuurlijk belangrijk. Op sommige plaatsen zijn de toppereenden massaal aan het fourageren, vorige week telden we er 9.000 in het Harlinger Gat bij de Westkom’’, zegt Nico Laros van de Waddenunit. Laros wijst in dit verband ook op het enorme bestand jonge mesheften. ,,Niemand durft daar een schatting van te maken. Steltlopers zoals kanoetstrandlopers zijn er gek op.’’
De Waddenunit heeft samen met Wageningen Marine Research afgelopen najaar een extra monitoring uitgevoerd om te bekijken wat de uitzonderlijke grote zaadval dit jaar voor de droogvallende mosselbanken betekent. Resultaten zijn nog niet bekend, maar er zal sprake zijn van een spectaculaire toename. Laros denkt aan minimaal duizend hectare extra banken, Wageningen Marine Research zit nog hoger in de schatting; het juiste cijfer moet nog berekend worden. ,,We hebben ze allemaal met de hand-gps opgemeten, ruim 650 kilometer!’’
Het is altijd weer spannend wat er van die zaadbanken na de winter is overgebleven. Duidelijk is wel dat een groot deel van de jonge zaadbanken bestaat uit onstabiel slik en makkelijk zal wegstormen. ,,Reeds nu na de eerste zuidwesterstorm van enkele weken geleden, zie je dat sommige jonge mosselbanken al deels zijn uitgewaaid. De mosselzaadjes liggen verspreid aan de noordoostkant van zo’n bank als strooimosselzaad, nog wel bereikbaar voor de vogels’’, aldus Laros.
Lees het originele artikel op visserij nieuws
De platte oester komt terug in de Waddenzee. Er is groen licht gegeven voor een herintroductie van het schelpdier. De ecologische omstandigheden zijn goed genoeg om te overleven, denkt de organisatie Naar een Rijke Waddenzee.
De organisatie heeft een haalbaarheidsonderzoek laten uitvoeren naar de kansen van herintroductie. Alle deskundigen zijn positief. Ze zijn al aan het uitzoeken wat een geschikte locatie kan zijn om de oester te herintroduceren.
De platte oester kwam vroeger in de Waddenzee voor. Maar het dier is in de loop van de tijd verdwenen. Een terugkeer van de oester kan zorgen voor een sterke toename van de biodiversiteit in de Waddenzee.
Lees het gehele artikel op de bron: Omroep Friesland
WADDENZEE Er zijn meer grijze zeehonden dan ooit in de Wadden: bijna vijfduizend exemplaren in het Nederlandse, Duitse en Deense Waddengebied.
Dat meldde het Waddensecretariaat van het Duitse Wilhelmshaven volgens RTV Noord.
Het grootste gedeelte van die zeehonden zwemt in het Nederlandse deel van de Waddenzee: 3.700. Dat is opvallend, want het is nog niet zo lang geleden dat de grijze zeehond uit Nederlandse wateren dreigde te verdwijnen.
Maar dankzij genomen beschermingsmaatregelen en een milde winter met weinig stormen kon de populatie flink groeien.
De grijze zeehond is op de gewone zeehond na de meest voorkomende zeehond in Nederland. Grijze zeehonden zijn doorgaans een stuk groter dan de gewone zeehond.
Bij de Groninger entree van Lauwersoog verrijst deze zomer een uitkijkpunt. Ontwerpers Lambert Kamps en Ben van der Meer hebben zich daarvoor laten inspireren door de Friese dijk ten westen van het dorp.
De groene, hoge dijk achter de sluizen heeft in de ogen van de kunstenaars een ‘bijna monumentaal waterbouwkundige schoonheid’. De Groningse dijk valt veel minder op, de N361 over de dijk loopt bijna naadloos over van dijk in dorp.
De twee ontwerpers willen de dijk daarom bij het dorp afsnijden en een uitkijkpunt aanbrengen op het punt waar de dijk ophoudt. Vanaf de andere kant, vanuit de Jachthaven, is de dijk straks met een elegante trap toegankelijk.
Na dit uitkijkpunt creëert het ontwerpersduo midden in Lauwersoog een tweede uitkijkpunt: op de kruising van water en land, naast de sluis die de Waddezee en het Lauwermeer met elkaar verbindt.
De vogelwachtershut op Engelsmanplaat wordt vernieuwd. Staatsbosbeheer zet volgende maand een nieuwe wadwachtpost op de onbewoonde zandplaat in de Waddenzee.
In het broedseizoen waken twee vrijwillige vogelwachters op het eilandje tussen Ameland en Schiermonnikoog. Dat deden ze altijd in een oude vogelwachtershut op palen. Maar het bouwwerk is 35 jaar oud en dringend aan vervanging toe.
De nieuwe wadwachtpost -een ontwerp van architect Niko Hoebe- komt 800 meter oostelijker op de plaat dan de oude en daarmee een stuk dichter bij de vaargeul naar Schiermonnikoog. Zo ontstaat er meer rust op de belangrijke broed- en rustplekken op Engelsmanplaat en het nabije Rif.
Om wadvogels zo min mogelijk te storen wordt er alleen bij daglicht en bij laag water gebouwd en moet het werk in vijf weken af zijn. De oude hut wordt direct daarna afbroken. Staatsbosbeheer zoekt naar een nieuwe bestemming, mogelijk in een expositie op Ameland.
De Engelsmanplaat is een zandplaat in de Waddenzee van minder dan één vierkante kilometer, die bij hoogwater vrijwel geheel onderloopt. Van de duintjes die er enkele jaren geleden nog waren is nauwelijks iets meer over. Er is nog een smalle richel van enkele meters breed en tientallen meters lang die bij gewoon hoogwater droog blijft. Dit deel wordt de Hiezel genoemd en ligt anno 2012 ongeveer 1,35 meter boven NAP. De Engelsmanplaat viel van 1973 tot 1991 onder Staatsbosbeheer en fungeerde in die periode als broed- en rustplaats voor vogels. Met name vogels zoals de drieteenstrandloper, de steenloper en de bonte strandloper kwamen in grote aantallen voor, maar ook de visdief en de Noordse stern. Op de zandplaat staat ook een vogelwachtershuisje. Sinds 1991 is de zandplaat weer vrij toegankelijk; het is zeer in trek bij wadlopers en een favoriete bestemming voor de bemanning van zeiljachten. Het is een trouwlocatie van de gemeente Dongeradeel.